Eén kleine nederzetting in het oosten van ons land bleef moedig weerstand bieden... “Wij hebben de gemeente nergens voor nodig. Als kleine gemeenschap kunnen we onszelf prima redden”, zei de voorzitter van Stichting Dorpshuis Keppel in 2013 in Binnenlands Bestuur. “Wij kennen de waarde van ons dorp. Voor gemeentebestuurders ligt dat anders. Dat zijn buitenstaanders. Hun besluiten draaien niet om bewoners maar om belangen waar wij niets mee te maken hebben”. 

Stevige woorden, maar Keppel  is dan ook een goed voorbeeld van een dorp waar burgers niet afwachten, maar het initiatief nemen. Het begon enkele jaren geleden met de dorpsschool, die van de gemeente moest sluiten. Keppel kwam in opstand en met succes. Uiteindelijk hebben de inwoners de school gekocht, zodat het onderwijs voor de Keppelse kinderen werd veiliggesteld. Bovendien is het gebouw nu multifunctioneel ingericht, na schooltijd wordt het omgetoverd tot dorpshuis.

Het is één van de voorbeelden van burgers die het initiatief nemen om voor hun eigen voorzieningen op te komen en er ook in lijken te slagen. Is burgerparticipatie daarmee een succesverhaal? Die conclusie lijkt te voorbarig. In Keppel hebben ze naar eigen zeggen de gemeente niet nodig, omdat die niet voor hen op komt. Dat zijn stoere praatjes voor aan de bar, maar zonder de gemeente komen ook daar veel ontwikkelingen niet van de grond. Bovendien, de gemeente (in dit geval Bronckhorst), moet opkomen voor het belang van al haar burgers, niet alleen voor die van Keppel.



Daarnaast bestaat het risico dat kernen of wijken met veel mondige, hoogopgeleide burgers meer kansen krijgen omdat ze weten hoe te participeren. Uit onderzoek in een aantal Overijsselse gemeenten blijkt bijvoorbeeld dat bepaalde groepen burgers kunnen niet of nauwelijks participeren door obstakels ten aanzien van de taal (niet alleen de Nederlandse taal, maar ook de taal van beleid en het ambtelijke jargon), mondigheid, de politieke kennis of door psychische en fysieke beperkingen.



Inmiddels zijn steeds meer gemeenten zich hiervan bewust. Ze geven zelf vorm aan de participatie van haar burgers en stellen participatiebeleid op met het achterliggende idee dat iedereen daardoor min of meer gelijke kansen kan krijgen. Zo heeft de gemeente Nijmegen het ambitiedocument "Meedoen in Nijmegen" ontwikkeld.  In Wageningen stelt de gemeente samen met burgers het participatiebeleid op. En in Bronckhorst bieden ze via de website mogelijkheden om burgerinitiatieven te ontwikkelingen. Allemaal prima oplossingen, die de participatie in goede banen moet leiden. Maar burgerparticipatie wordt zo wel heel erg braaf. Voor goede, leuke en creatieve ontwikkelingen hoop ik dat er ook altijd nog kleine nederzettingen zijn die moedig weerstand blijven bieden...!