Het zwerven op de fiets is voor mij, niet alleen een middel van bestaan, maar ook altijd weer een ideaal moment voor overpeinzingen en ‘nieuwe’ inzichten. En daarmee het begin van en aanleiding voor een blog. Deze keer; Kunnen we leren van krimp elders in Europa? De afgelopen tijd heb ik weer veel gefietst voor en met mijn vriend en schrijver van de serie ‘Onbegrensd Fietsen’. In Italië en Frankrijk en om de conditie op peil te houden in de Achterhoek en op de Veluwe.

Fietsend zie je zo veel. Bij dat fietsen ben en blijf ik de geograaf die reist door het landschap dat gemaakt wordt door de natuur en de mens die als een horde mieren overal bezig is zaken naar zijn/haar hand te zetten. Zoals het verleggen van een beek om het landschap te herstellen (terug te brengen naar een beeld van vervlogen tijden) en natuurwaarden terug te brengen die door de grootschalige landbouw verloren dreigen te gaan. Dit soort ingrepen hebben nog een belangrijke functie, het brengt het verloren gewaande Arcadië terug en daarmee de stedeling die hierin komt recreëren of en dat geldt onder andere voor de Achterhoek, weer komen wonen om te forensen naar het ‘verre’ verstedelijkte westen van het land.

Hoezo krimp en leegloop van het platteland? Ga eens kijken in Noord Frankrijk of delen van Toscane en Umbrië. Daar zijn dorpen die soms gewoon helemaal leeg staan en langzaam instorten. Indrukwekkend voor de fotograaf, maar op z’n minst zorgelijk als het gaat om de achterblijvers. Toch zie je ook daar voorbeelden van hernieuwde belangstelling voor de ‘ruimte’ van het platteland en het plattelandsleven als nieuwe inspiratiebron. Zo wordt een oud vestingstadje, Calcata Vecchia nu bewoond door mensen die proberen aan de hectiek van de stad (Rome in dit geval) te ontsnappen.

In Noord Frankrijk, in Aisne en in de Ardennen, is enerzijds de landbouw en anderzijds de (schone) energiesector op grootschalige wijze het landschap aan het omvormen. Tegelijkertijd worden bossen en de kleinschalige landschappen die de (natuurlijke) grenzen in dit gebied met zich meebrengen ingericht voor het toerisme, gericht op rust en ruimtezoekers uit de grote verstedelijkte regio’s die om dit gebied heen liggen. Ze noemen zichzelf het Hart van Europa, het woordje groen ontbreekt er nog net aan, maar geeft wel aan waar zij voor kiezen.

Hier wordt oude infrastructuur omgebouwd tot fiets- en wandelroutes en ligt er een compleet nieuw fietspad langs de oevers van de Maas. En net als bij ons zie je dat kleinschalige ambachtelijke bedrijvigheid hier mogelijkheden ziet om stand te houden of weer te beginnen. Kleine lokale bierbrouwerijen bijvoorbeeld, maar ook andere ‘typische’ streekproducten die overigens ook in alle winkels in het 'lokale rek' worden verkocht. En wat dacht je van wijnbouw, jawel ook hier.

Terug in mijn eigen omgeving zie ik dan ook nog vele mogelijkheden voor het oosten van het Land. Laten we het groene product dat we leveren en dat tegelijkertijd relatieve rust, ruimte en stilte met zich meebrengt, koesteren. En niet met een slot op de deur naar het ‘moderne’ leven maar wel met aandacht voor de eigen kwaliteiten (cultuur) en de veelal nog ambachtelijke bedrijvigheid. Ook in Calcata hadden we gewoon goede ontvangst en Wi-Fi. Juist om de relatieve afstand te verkleinen, zullen we in het oosten moeten investeren in glasvezel, fiets- en wandelwegen en goede (OV) railverbindingen met de omliggende gebieden, maar ook met de duitse grensregio's. Maar zet ook vrijkomend agrarisch vastgoed in om ZZP’ers en nieuwe startende ondernemers te faciliteren en laat broedplaatsen toe. Met andere woorden, koester je kwaliteiten en ambachtelijke bedrijvigheid, het zijn de leerplaatsen van de toekomst.